Wat is Gospel / relipop / contemporary christian music (ccm)?

De muziekstijl Gospel is een religieuze muziekstijl met als achtergrond het Christendom. Gospel is dan ook engels voor “evangelie”.

Gospel is onder te verdelen in twee stromingen:

  • Southern Gospel, dat meestal a capella werd gezongen. Later werd dit begeleid door instrumenten. Zang is hierbij echter nog steeds het belangrijkste. Er wordt veelvuldig gebruik gemaakt van een meerstemmige zangstijl (close harmony genoemd). Dit wordt ook wel een white gospel genoemd omdat dit de muziekvorm was voor de blanke man.
  • “Black gospel” is eigenlijk de gospel zoals wij die hier kennen van van tv en films (bijv. Sister Act). Deze gospel wordt solistisch gezongen of in koren, of nog vaker een combinatie van beiden.

Ontstaansgeschiedenis van de gospel

Deze muziekstijl is ontwikkeld vanuit de traditionele ‘spirituals’ van de zwarte slavenbevolking. De slaven mochten vaak niet praten op de katoenvelden, maar wel zingen. De slaven was het echter vaak verboden om echte Afrikaanse muziek (noch tekst, noch instrumentaal) te maken, zodat over de “westerse muziek” een Afrikaanse stijl kwam, met thema’s van geloof en hoop.
Hierdoor ontstaat een nieuwe vorm van muziek, waarin de Afrikaanse kennis van harmonie en typische ‘call-and-response’ (één iemand roept wat als aangever, waarop de anderen hem in koor antwoorden) wordt toegepast op Europese muziek, bijvoorbeeld die van de kerk. Zo ontstonden liederen van hoop en bemoediging.
Dit is de basis voor het ontstaan van de gospel. De gospel ontstaat in kerken. De term gospel wordt voor het eerst gebruikt rond 1874 als Philip Bliss een zangboek uitbreng met de titel “Gospel Songs. A Choice Collection of Hymns and Tunes”. In het boek werd een nieuwe toegankelijkere stijl kerkmuziek beschreven. Deze stijl was makkelijker te onthouden en makkelijker mee te zingen. Het was in tegenstelling tot de traditionele kerkmuziek vrolijke en opwekkende muziek. Pas rond de jaren 20 van de 20-ste eeuw is gospel als muziekstijl een feit (consensus).
In de jaren dertig ondergaat gospel echter sterke invloeden vanuit de blues. De gospel wordt daardoor diverser. Zo ontstaan er ook gospelbands die hoewel een stuk rustiger, in de gospel muziekstijl optreden.
In de jaren vijftig nemen ook blanke kerkkoren elementen over vanuit de zwarte gospel, zodat de “white gospel” deels versmelt met de “black gospel”.

Na lange tijd puur gebaseerd te zijn geweest op de eeuwenoude religieuze liederen, gaan in de jaren dertig (blues)songwriters zich met de gospel bezighouden. Dat geeft het genre niet alleen een creatieve impuls, maar vooral ook een lucratieve. Gospel wordt big business, met eigen platenmaatschappijen en producers. In die jaren ontstaat ook het concept van de gospelgroep: vier à vijf getalenteerde zangers, die ingetogen, harmonieus en polyfoon een liedje brengen; aanzienlijk rustiger dan het er in de kerken aan toegaat. Dit kan a cappela zijn, maar ook begeleid op een orgel, en eventueel ook andere instrumenten. Eind jaren vijftig ontstaan als vervolg op de a cappela-groepen hele gospelkoren, met internationaal groot succes. Zelfs blanke kerken nemen er voor hun koren elementen uit over.

Verhouding gospel tot contempory christian muziek (ccm) / relipop

Doordat black Gospel van origine religieuze muziek is, werd daar ook wel foutief alle “zwarte” plaatjes met religieuze teksten onder geschaard. Hierbij werd dus voorbij gegaan aan de duidelijke andere muziekstijlen als gospel, soul en funk.
Om dit te ondervangen is op een gegeven moment de term contemporaine christelijke muziek (CCM) bedacht. Contemporary Christian Music omvat alle hedendaagse christelijke muziek (dus geen gregoriaanse muziek, psalmen etc.). Het is een verzamelterm en geen muziekstijl. Zo valt bijv. Gospel onder ccm, maar ook christian metal en praisemuziek.
Contempory christian music is een engelse term. In het Nederlands wordt hier vaak relipop voor gebruikt.